In hartje Groningen zijn 17 moderne stadswoningen rondom een groen gemeenschappelijk hofje gerealiseerd: het Agaathhof. Het project is geïnspireerd door de in Groningen bekende hofjes, ook wel gasthuizen genoemd. Qua vorm, compositie, detaillering en materiaalgebruik sluit het moderne hofje op een vanzelfsprekende manier aan op het bestaande historische stratenpatroon en de omliggende architectuur.

Rottinghuis, Beauvast en De Zwarte Hond realiseerden het Agaathhof op een plek met veel geschiedenis. Tijdens de Spaanse overheersing lag er een Kaatsbaan en in de eeuwen daarna achtereenvolgens een Christelijk Tehuis voor jongeren, een clubhuis en in de jaren ’60 een congrescentrum. Nadat er een aantal andere nieuwbouwplannen waren afgeketst ontstond het idee om het ontwerp voor het nieuwe hof te laten inspireren op de hofjes waarin vanaf de middeleeuwen liefdadigheidsinstellingen voor armen, zieken etc. waren gevestigd. Deze werden in Groningen gasthuizen genoemd. Dergelijke besloten hofjes werden gekenmerkt door een tuin en binnenplaats met eigen sfeer: een oase van rust in de drukke binnenstad.

Bij het Agaathhof zijn de woningen en het hof 1,5 meter boven straatniveau opgetild, waardoor er ruimte is ontstaan voor een parkeergarage, een fietsenstalling en de bergingen. De woningen zijn verdeeld in drie verschillende bouwblokken die samen een intiem hof vormen rondom een daktuin. De twee kopwoningen bepalen het gevelaanzicht vanaf de Lutkenieuwstraat. Ze hebben een extra verdieping met een kap en accentueren het hof. Door het gebruik van een karakteristieke rode baksteen in de gevels, in verschillende metselverbanden en verdiept liggende vlakken, in combinatie met grote raampartijen die het licht op een aangename wijze in het huis brengen wordt het project zorgvuldig in de bestaande context ingebed.

Alle Hof- en Kopwoningen hebben in basis een gelijke structuur. Binnen deze structuur is een flexibele indeling mogelijk en is de lay-out afgestemd op specifieke woonwensen van de bewoners. De begane grond is met een vide aan de voorzijde verbonden met de eerste verdieping van de woningen. Een woonkeuken op de begane grond, een leefruimte op de eerste verdieping en op de bovenste etage twee grote slaapvertrekken was een voor de hand liggende indeling. Maar ook een benedenverdieping met kantoor en wonen op de eerste verdieping, of juist het accent op meer slaapkamerruimte en het woonprogramma op de begane grond behoorde tot de mogelijkheden.

In 1986 ontworp De Zwarte Hond in Groningen een nieuw pleintje met studentenwoningen aan de Uurwerkersgang. Dit was de opgang voor meer moderne, openbare hofjes in Groningen, het Pelstershof, de Haddingestraat, de Schoolholm en nu het Agaathhof volgden.